Actua

Blauwdruk voor een bredere fiscale hervorming

Op 18 juli 2022 lanceerde onze federale Minister van Financiën, Vincent van Peteghem, zijn blauwdruk voor een bredere fiscale hervorming. Hierin verduidelijkt hij zijn visie op hoe het fiscale model er voor hem in de toekomst zou kunnen uitzien rekening houdende met de noden van vandaag. We focussen ons in deze bijdrage op de maatregelen die invloed hebben op onze beroeps- en activiteitinkomsten, evenals de inkomsten uit vermogen.

De lasten op arbeid moeten naar omlaag, werken moet meer lonen en het verschil met niet-werken moet groter worden.

Om die doelstelling te bereiken pleit de minister voor een verhoging van de belastingvrije som. Die zou stijgen van 9.270 EUR naar 13.390 EUR.
Daarnaast wil hij de belastingschalen grondig hervormen. De gemiddelde aanslagvoet moet omlaag en enkel de hoogste inkomens zouden geconfronteerd worden met een tarief van 50%.
In deze tabel ziet u de huidige belastingschalen naast de voorgestelde;

 

Inkomstenschijven (EUR)

AJ 2023

Nieuw

Schijf 1

van 0,01 tot 13.870

25%

25%

Schijf 2

Van 13.870 tot 24.480

40%

35%

Schijf 3

Van 24.480 tot 42.370

45%

40%

Schijf 4

Boven 42.370

50%

45%

Schijf 5

Boven 84.740

-

50%

 

Om die lasten op arbeid nog verder omlaag te krijgen, zou de Bijzondere Bijdrage Sociale Zekerheid (BBSZ) afgeschaft worden.
Vervolgens zal het stelsel van de werkbonus, de vermindering van de werknemersbijdragen om zo werknemers met een laag loon meer nettoloon te garanderen, uitgebreid worden. Net zoals het belastingkrediet voor lage inkomsten. Zo zouden ook zelfstandigen kunnen profiteren van een hoger netto inkomen.
Bijklussen moet fiscaal veel eenvoudiger geregeld worden. Het zal erop neerkomen dat wie naast zijn of haar hoofdactiviteit nog bijklust in de deeleconomie, als verenigingswerker of flexi-jobber, tot 6.000 EUR per jaar aan inkomen kan bijverdienen, vrij van enige belasting.
Goed nieuws verder nog voor de vennootschapsbelasting. KMO’s betalen nu 20% op de eerste 100.000 EUR belastbare winst. Dat tarief zal dalen naar 15% en zal, als het van de minister afhangt, van toepassing zijn op de eerste 200.000 EUR.

Tot slot moeten nog enkele aanpassingen mee bijdragen aan een eerlijkere fiscaliteit op arbeid;

  • De forfaitaire bepaling van bepaalde voordelen zoals verwarming, elektriciteit, gratis terbeschikkingstelling van een woning, enz. moet stoppen en plaats maken voor een werkelijke waardebepaling. Merk op dat reeds sinds 1 januari 2022 het voordeel alle aard voor elektriciteit en verwarming enkel nog forfaitair bepaald mag worden indien de bijhorende woning mee ter beschikking wordt gesteld door de vennootschap.
  • Minder alternatieve verloningsvormen. Wie werkt, zal in ruil vergoed moeten worden in geld.
  • Er zal strenger (nog strenger) gecontroleerd worden op de correcte toepassing van de terugbetaling van kosten eigen aan de werkgever.
  • Een betere afstemming van de bedrijfsvoorheffing die aan de bron wordt ingehouden met de uiteindelijke eindbelasting.
  • Opvallend, de minimumbezoldiging voor toepassing van het verlaagd tarief in de vennootschapsbelasting zou voortaan geïndexeerd worden én er zal geen rekening meer gehouden mogen worden met alternatieve verloningsvormen (lees: voordelen alle aard).
  • Multinationals zullen sowieso een minimum belasting betalen.
  • Het huwelijksquotiënt zoals we dat vandaag kennen, zal uitdoven. Er zal dus niet langer een overheveling plaats kunnen vinden van het inkomen van de partner met het hoogste inkomen naar de partner met geen of lage eigen inkomsten. Zo wil men het onderscheid tussen gehuwden/ samenwonenden en alleenstaanden wegwerken.
  • Onderhoudsuitkeringen zouden volledig uit de fiscaliteit verdwijnen. Geen aftrek meer voor de betaler, maar ook geen belasting meer voor de genieter ervan.

Is met deze blauwdruk de weg geopend naar een meerwaardebelasting op vermogen?
Daar lijkt het althans wel op.
Alle vermogensinkomsten zouden gelijk behandeld moeten worden.
Er zou een vast belastingtarief komen van 25% voor alle inkomsten uit vermogen. Uitzonderingen (lees: huidige vrijstellingen) zouden weggewerkt worden, maar, zo stelt de minister gerust, reeds verworven rechten zouden behouden blijven. Benieuwd wat daaronder dient begrepen te worden.

Wat weten we al?
Net zoals voor de inkomsten uit arbeid en vervangingsinkomsten, zou er een algemene vrijstelling komen van de eerste 6.000 EUR aan inkomsten uit sparen, beleggen en investeren.
De roerende voorheffing, nu 30%, zou verlaagd worden tot 25% (wat het ooit al geweest is). Alle inkomsten uit onroerend goed, behalve de eigen woning, zullen belast worden. Wie dus een tweede woning verhuurt voor privé bewoning zal voortaan belast worden op de werkelijke huurinkomsten en niet langer op basis van het geïndexeerde kadastraal inkomen (fictief huurinkomen). Er wordt wel voorzien in een forfaitaire kostenaftrek van 30% om renovatie te stimuleren. Wie meer kosten maakt, zal die kunnen inbrengen mits het voorleggen van bewijsstukken.
Niet geheel verwonderlijk, de federale belastingvoordelen voor leningen met betrekking tot de niet-eigen woning, zullen uitdoven. Aan bestaande lening voordelen zou niet geraakt worden.
Wie nu een niet-eigen woning verkoopt, wordt slechts belast op de meerwaarde als de verkoop plaatsvindt binnen de periode van vijf jaar na de aankoop of verwerving. Dat zou in de toekomst altijd het geval zijn, weliswaar tegen een tarief van 15% in plaats van het huidige 16,5%.
Er zou tot slot een einde komen aan de vrijstelling van meerwaarden op aandelen, obligaties en andere financiële producten. Het tarief zou voortaan 15% bedragen. Minderwaarden kunnen wel afgetrokken worden. Tegelijkertijd zou de jaarlijkse taks op effectenrekeningen en de beurstaks wel uitdoven.

 

Met zijn blauwdruk wordt een uitgebreide basis gevormd als uitgangspunt voor verdere onderhandelingen en debatten binnen de regering. Het mag duidelijk zijn dat niet alle punten uit deze blauwdruk het uiteindelijk tot wet zullen halen. Welke wel en welke niet, dat valt af te wachten. Dat er ons in de toekomst nog veranderingen staan te wachten, dat is bij deze wel duidelijk. We volgen het voor u op de voet.